Mus in het poppentheater
- Joske Schiereck
- 15 mei 2019
- 5 minuten om te lezen
Midden in de stad, in een steegje tussen de Wallen, ligt het kleinste theater van Amsterdam: het Torpedo Theater. Het theatertje doet sinds 2001 dienst als ‘winterresidentie’ voor de laatste poppenspeler van de Dam, Wim Kerkhove, om ook in de winter te kunnen optreden. Van 2001 tot 2012 droeg het gebouwtje de naam Parooltheater. Hierna is het omgedoopt tot Torpedo Theater. Tegenwoordig wordt de locatie gebruikt om een podium te bieden aan verschillende podiumkunsten. Het theatertje krijgt geen subsidie en komt rond van kaartverkoop, donaties, baromzet en verhuur.
Iedere woensdag huist het theater De Mus, een variété-avond met vier artiesten die optreden, voordragen of worden geïnterviewd. Dit varieert van kunstenaars, dichters en singer-songwriters tot ondernemers en cabaretiers. De wekelijkse Mus-avond geniet volgens ons nog niet de bekendheid die het verdient, dus zijn wij 27 februari gaan kijken bij de eerste Engelse Mus-avond (Sparrow, met een knipoog).
Kaartjes (zes euro vijftig) zijn te reserveren via een telefoonnummer wat eigenlijk maar een paar uur per dag bereikbaar is: ‘s avonds, maar niet tijdens voorstellingen. We hebben ze toch weten te bemachtigen en komen om 19:55 aan bij het gebouwtje; de deur is nog dicht. Buiten druppelen wat mensen bij elkaar, de meesten lijken vaker te komen. De lichte paniek door de dichte deur zakt wat weg - dit is dus normaal. Zoals gezegd hebben we een ‘Engelse Mus’ uitgekozen, dus er is ook wat internationaal publiek bij de deur. Om 20:00 gaat het deurtje open, maar naar binnen kunnen we nog niet (behalve de snelsten). De ingang is smal en de rij lijkt niet door te lopen. Als we eenmaal vooraan staan blijkt waarom: bij de ingang is een klein hokje met een luikje, waar een jongen naar onze naam vraagt. Hij kijkt op een papiertje met een handgeschreven lijst met namen: we staan erop. Hij krast ons door en we krijgen twee kartonnetjes met het programma van vandaag. Eerst komt ‘day collective’, een multi-disciplinary, wetenschappelijk duo crossing boundaries door een collective pic-nic te organiseren. We zijn benieuwd. De tweede artiest is Jamie Rhiannon, de naam zegt ons niets; ze wordt omschreven als healing words, poëzie. Tijdens het lezen van het kartonnetje in onze handen worden we naar voren gedreven, want er is geen plek voor meerdere mensen bij de balie. Bij binnenkomst valt direct op hoe klein het theater is. Ook opmerkelijk is het oorspronkelijke ontwerp van het theater - het hele zaaltje is een decor in de vorm van een theater. We vragen ons af of we wel in het theater zijn, zo klein is het. Is er nog een andere ruimte? Die blijkt er niet te zijn - de zaal is heel erg klein en het balkon boven ons lijkt nep. Onze jas kunnen we niet ophangen, want de kapstok aan de zijkant hangt vol. Er is een pianist die de piano, die niet op het podium staat maar in de zaal vanwege ruimtegebrek, bespeelt. Er heerst een erg gemoedelijke sfeer en de creatievelingen om ons heen kijken vrolijk en benieuwd naar het podium. Op ons kartonnetje lezen we dat de pianist de ‘huismus-ician’ is, Louis Lallouette, die de avond aan elkaar zal spelen op zijn piano. De derde artiest die komt optreden is een band, three man band, Mo Satch. We zijn benieuwd.
Het kleine loket bij de ingang is eigenlijk een luikje naast de bar, waar ook het licht en geluid wordt gereguleerd. Alles wordt dus vanaf het hokje achterin het theater geregeld. Dit lijkt helemaal te passen bij de geschiedenis van het poppentheater. Onze jassen hebben we inmiddels aan losse haakjes gehangen aan de zijkant achter een rood gordijn. De pianist speelt wat terwijl wij twee drankjes bestellen; er is een barman bijgesprongen (werkt hij hier officieel of is hij een vriend?) en de man die onze namen doorstreepte staat nu bekneld bij het luikje omdat deze man de kleine ruimte achter de bar opeist. We krijgen onze biertjes aangereikt met een grote glimlach, betalen natuurlijk met cash en draaien ons om, de pianist stopt met spelen en loopt het laag verhoogde podium op. Het zaaltje verstomt, alle publiek, zo’n dertig mensen, is nu binnen. De eerste artiest wordt aangekondigd door de pianist, die blijkbaar niet alleen de avond aan elkaar speelt, maar ook praat. Day collective wordt op het podium geroepen en het geluid bij de beamer doet het niet. Er wordt wat gerommeld en geroepen en de twee vrouwen beginnen lachend met de mededeling dat hun onderzoek toch in stilte was, dus dat deze technische storing wel goed uitkomt. De beamer vertoont een presentatie van hun project. Op verschillende locaties organiseren ze een Nomadic Picnic, waarbij mensen samen in een kring en zonder verbaal te communiceren, met elkaar eten. Tot het einde van de presentatie is het vaag wat het doel is van dit ‘optreden’, maar dan wordt duidelijk dat ze hier zijn om hun project te presenteren. Geen eten voor het publiek, lachen de ondernemers: enige teleurstelling is voelbaar.
De tweede artiest wordt aangekondigd door weer iemand anders, onder begeleiding van de zachte pianomuziek van Louis. Jamie Rhiannon, een Amerikaans meisje van (wij schatten) vijfentwintig, komt het podium op en vertelt enthousiast over haar drijfveren voor het schrijven van poëzie. Ze schreef eerder alleen proza maar sinds ze ontdekte hoe makkelijk het schrijven van gedichten is, doet ze dat nu ook. Ze leest enkele gedichten voor, we vinden haar stem enigszins irritant maar de poëzie is fijn om naar te luisteren.
Ondertussen is het ontzettend warm geworden in het theater. We betwijfelen de aanwezigheid van een airconditioning of enig luchtstroom bevorderend apparaat en hopen dat de pauze nabij is. Na poète Jamie wordt inderdaad een intermissie aangekondigd en we snellen naar buiten. Op het hoekje bij de gracht kunnen we even op adem komen en de bedrukte lucht uit onze longen blazen. Toch een nadeel van zo’n klein theater.
Het laatste optreden is laagdrempelig en geestig. De band Mo Satch bestaat uit twee gepensioneerde mannen en een student, die ons verblijden met vrolijke, jazzy nummers en grappen tussendoor. Als een van de mannen tegen het einde vandaag jarig blijkt te zijn zingt het publiek hem toe. De mannen buigen en klappen voor het publiek en dan komt de pianist het podium weer op om de avond af te sluiten.

Het diverse publiek praat wat na en de artiesten worden het hemd van het lijf gevraagd in de kleine zaal. De bar blijft nog even open, waar dankbaar gebruik van wordt gemaakt. Eenmaal buiten steken de gasten nog een sigaret op en genieten van de zachte winteravond. We praten nog even met de jongeman bij de deur; de eerste Engelse Mus was een succes.
Comments